Tag Archives: recht

Wanneer is een onderneming belanghebbende?

Bent u als ondernemer direct betrokken bij besluiten van bestuursorganen? Oftewel: wanneer is een onderneming belanghebbende? Het definiëren van belanghebbendheid is namelijk cruciaal voor uw rechten. Iedere onderneming loopt het risico te worden geconfronteerd met onenigheid, geschillen, schade of contractbreuk. U kunt het beste eventuele risico’s of aansprakelijkheid vastleggen in een contract.

In het bestuursrecht speelt het begrip ‘belanghebbende’ een sleutelrol. Het bepaalt wie bezwaar en beroep mag aantekenen tegen besluiten die hen raken. Maar wat maakt een onderneming belanghebbend? Volgens Artikel 1:2 lid 1 van de Awb is een belanghebbende iemand wiens belang rechtstreeks bij een besluit betrokken is. Dit kan zowel burgers als bedrijven betreffen.

Voor burgers kan dit de buurman zijn die bezwaar maakt tegen een nieuw bouwproject. Voor bedrijven kan dit een ondernemer zijn die niet wil dat een concurrent zich vestigt in dezelfde straat. De praktijk toont echter aan dat het vaak onduidelijk is wie daadwerkelijk als belanghebbende gezien kan worden.

Wanneer is een onderneming belanghebbende?

Deze blog richt zich op de vraag wanneer is een onderneming belanghebbende? Een recente uitspraak maakte een groep van 15 ondernemers bezwaar tegen een besluit waarbij een projectontwikkelaar toestemming kreeg voor uitbreiding van een winkelcentrum. De bezwaren waren onder andere gebaseerd op de vrees voor parkeeroverlast.

Elf van deze ondernemers werden door de projectontwikkelaar niet als belanghebbenden gezien. De Afdeling besliste echter anders. Een onderneming heeft een concurrentiebelang als zij in hetzelfde verzorgingsgebied en marktsegment opereert als de concurrent. Als dit belang rechtstreeks betrokken is bij het besluit, is de ondernemer belanghebbend.

Een onderneming wordt als belanghebbende beschouwd wanneer zij een direct en persoonlijk belang heeft bij een besluit van een bestuursorgaan. Volgens de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is een belanghebbende iemand wiens belang rechtstreeks bij een besluit betrokken is. Voor ondernemingen houdt dit in dat er sprake moet zijn van een objectief en actueel belang dat door het besluit direct wordt geraakt.

In de praktijk betekent dit dat een onderneming belanghebbende kan zijn als het besluit gevolgen kan hebben voor de bedrijfsvoering, zoals concurrentiebelangen, milieu- of bestemmingsplanwijzigingen die de onderneming raken. Het belang moet onderscheidend zijn en niet te algemeen van aard; het moet de onderneming in sterkere mate raken dan andere willekeurige personen of ondernemingen.

Bijvoorbeeld, als een gemeente een omgevingsvergunning verleent voor een nieuwe onderneming die direct concurreert met een bestaande onderneming in hetzelfde marktsegment en verzorgingsgebied, kan de bestaande onderneming als belanghebbende worden aangemerkt vanwege het concurrentiebelang.

Wanneer is een onderneming belanghebbende?

Point of View Arthur Hansen:

Als eigenaar van Bedrijfsadvocaat ervaar ik dagelijks hoe ondernemers in Rotterdam en omstreken geconfronteerd worden met de juridische implicaties van marktontwikkelingen. De recente uitspraak over belanghebbendheid is een wake-up call voor ondernemers om alert te zijn op de impact van nieuwe concurrentie binnen hun verzorgingsgebied en marktsegment. Het is niet alleen een kwestie van het herkennen van potentiële omzetverlies, maar ook van het actief beschermen van uw bedrijfsbelangen.

De betrokken ondernemers waren werkzaam in hetzelfde verzorgingsgebied en marktsegment, en konden dus de feitelijke gevolgen, zoals omzetverlies, ondervinden. De Afdeling stelt dat feitelijke gevolgen aanwezig moeten zijn, tenzij deze op voorhand uitgesloten kunnen worden.

Als ondernemer in hetzelfde marktsegment en verzorgingsgebied als een voorziene activiteit, is het dus van belang om uw rechten als belanghebbende te kennen. Bent u het niet eens met de komst van een concurrent? Dan is het zaak om te weten of u in bezwaar en/of beroep kunt gaan. Bij Bedrijfsadvocaat zetten we ons in om u te voorzien van de kennis en middelen om effectief te reageren op besluiten die uw onderneming raken. We werken samen met u om uw positie als belanghebbende te versterken en strategieën te ontwikkelen die uw marktpositie beschermen.

Lees meer oveer wanneer is een onderneming belanghebbende? op: Rechtspraak of ECLI:NL:RVS:2021:518, Belanghebbendheid Supermarkt Goes ★★★

Voorbeeld uit de praktijk: 

Stel, er is een supermarkt in Goes die al jarenlang een trouwe klantenkring heeft opgebouwd. Deze supermarkt is gespecialiseerd in lokale producten en heeft een sterke band met de gemeenschap. Op een dag kondigt de gemeente Goes aan dat er een vergunning is verleend voor de bouw van een grote, internationale supermarktketen slechts enkele straten verderop.

De eigenaar van de lokale supermarkt maakt zich zorgen over de impact die deze nieuwe concurrent zal hebben op zijn bedrijf. Hij vreest dat de komst van de keten zal leiden tot een aanzienlijk omzetverlies, aangezien het een breder assortiment en mogelijk lagere prijzen kan bieden. De lokale supermarkt zou in dit geval als belanghebbende kunnen worden beschouwd, omdat het directe gevolgen ondervindt van het besluit van de gemeente.

Om als belanghebbende erkend te worden, moet de lokale supermarkt aantonen dat het besluit van de gemeente een rechtstreeks effect heeft op zijn bedrijfsvoering. Dit kan bijvoorbeeld door te wijzen op de nabijheid van de nieuwe supermarkt, het overlappende assortiment en de verwachte omzetdaling als gevolg van de toegenomen concurrentie. De lokale supermarkt moet bewijzen dat deze factoren een onderscheidend en persoonlijk belang vormen dat niet slechts een reflectie is van een algemeen belang dat door de hele gemeenschap wordt gedeeld.

Als de lokale supermarkt succesvol aantoont dat het een belanghebbende is, kan het bezwaar maken tegen de verleende vergunning en eventueel beroep aantekenen bij de rechtbank. Dit proces vereist een zorgvuldige juridische strategie en een duidelijk begrip van de rechten en plichten die voortvloeien uit de status van belanghebbende.

Het is dus van groot belang voor de lokale supermarkt in Goes om zijn positie als belanghebbende te kennen en te gebruiken om zijn bedrijfsbelangen te beschermen tegen de potentiële bedreigingen van nieuwe concurrenten in de markt.

Het is belangrijk om te benadrukken dat elke situatie uniek is en beoordeeld moet worden op basis van de specifieke omstandigheden. Daarom is het raadzaam om juridisch advies in te winnen om te bepalen of een onderneming in een bepaald geval als belanghebbende kan worden aangemerkt.

Potentiële bate na beëindiging van de onderneming

Op gebied van ondernemingsrecht komt het niet vaak voor dat een client een heropening van vereffening wegens een potentiële bate na beëindiging van de onderneming door opheffing wegens gebrek aan baten wil. Toch zijn er uitzonderingen en komen er geschillen voor, lees hier de uitspraak:

Potentiële bate na beëindiging van de onderneming

Ondanks dat u hard werkt en tal van voorzorgsmaatregelen heeft genomen, kan het voorkomen dat uw onderneming in zwaar weer komt en het water over de dijken dreigt te spoelen. Samen met uw accountant heeft u de bedrijfsvoering doorgelicht en een plan gemaakt om de zaak weer financieel op orde te krijgen en rendabel te maken. Aan zo’n bedrijfskundig plan zitten vaak juridische kanten die goed moeten worden afgewerkt om verdere problemen te voorkomen. Bijvoorbeeld bij het inkrimpen van het personeelsbestand of het afstoten van activiteiten van de onderneming.

Bedrijfsadvocaat heeft de expertise in huis om snel de juridische bedreigingen en kansen van dergelijke maatregelen in te schatten en daar adequaat naar te handelen.

Soms kan het echter noodzakelijk zijn om door een faillissement heen te gaan en daarna een doorstart te maken of om een sterfhuisconstructie op te zetten om zo de gezonde delen van uw onderneming te laten doordraaien. Ook hiermee heeft Bedrijfsadvocaat ervaring en kan zij de doorstart begeleiden zodat u zo min mogelijk risico loopt op problemen met de curator of schuldeisers.

Wij helpen u bij

  • Advies
  • Beëindigingsovereenkomst
  • Conflict

Per whatsapp een tijdelijk contract beëindigen – het mag*!

Vanaf 1 januari 2015 heeft iedere werkgever de plicht om een werknemer die een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd heeft, uiterlijk één maand voor het einde daarvan te informeren of hij A. nog met hem/haar verder wil en, zo ja, B. onder welke voorwaarden hij daartoe bereid is. Op grond van de wet dient deze aanzegging “schriftelijk” plaats te vinden. Vindt de aanzegging niet (schriftelijk) plaats, dan verbeurt de werkgever een boete die gelijk is aan één bruto maandsalaris. Komt de werkgever zijn verplichting wel na maar is hij te laat, d​​an betaalt hij een vergoeding naar rato.

De grote vraag is wat er onder het begrijp “schriftelijk” moet worden verstaan. Kun je bijvoorbeeld ook per WhatsApp of SMS een contract opzeggen? In deze zaak was er sprake van een tijdelijk contract en eerder contact via whatsapp tijdens de ziekte van een werknemer. De Kantonrechter Amsterdam heeft zich hierover in juni van dit jaar uitgelaten.

Case:
Eastern-Asia Trading B.V. exploiteert een all-you-can-eat restaurant te Ankeveen (in de buurt van Bussum). Voor de bediening nam zij per 1 november 2014 een werkneemster in dienst op basis van een arbeidsovereenkomst voor de duur van zes maanden. De arbeidsovereenkomst zou derhalve eindigen per 1 mei 2015.

De werkneemster meldde zich op 7 februari 2015 ziek. Zij hield vervolgens regelmatig contact met haar werkgever via WhatsApp over het verloop van haar ziekte. Op 18 februari 2015 kwam de werkneemster weer naar haar werk omdat zij zich daar weer bekwaam voor voelde. Na een paar uur werken merkte ze dat het niet goed ging en ze besloot vervolgens om ziek naar huis te gaan.Op 25 februari 2015 meldde de werkneemster per WhatsApp dat ze graag weer vanaf 2 maart 2015 wilde werken. De werkgever belde diezelfde dag met haar en stuurde vervolgens een WhatsApp-bericht met de volgende (relevante) inhoud:

“(..) Ik ga je nu 2 keuzes geven (…) 1. We gaan normaal uit elkaar, ik stel een ontbinding van contract, je tekent die, je krijgt je salaris maand februari uitbetaald inclusief vakantie. 2. Ik ga ontslag aanvragen bij UWV en ontbinding contract per 6 februari. (..) Woensdag hoef je niet te verschijnen. (..) Want je weet exact zelf wat je gedaan hebt en we laten ons niet in de maling nemen. Niet komen werken als je dat wel kan is niet acceptabel. Er is een zorgplicht richting je werkgever en ik heb dusdanig bewijs gekregen dat je dat niet hebt nageleefd.”

Werkgever betaalde vervolgens het salaris niet meer. Werkneemster dagvaardde haar werkgever op 4 mei 2015 in kort geding en vorderde het niet betaalde salaris. Daarnaast vorderde zij de op grond van de wet verschuldigde boete bij het niet voldoen aan de aanzegplicht. De werkneemster stelde zich namelijk op het standpunt dat de werkgever niet had aangezegd dat hij de arbeidsovereenkomst niet wilde voortzetten.

Beoordeling
Met betrekking tot de gevorderde vergoeding vanwege het niet voldoen aan de aanzegverplichting was de kantonrechter heel kort. Het WhatsApp-bericht van 25 februari 2015 liet volgens de kantonrechter weinig aan duidelijkheid te wensen over. De werkgever wilde niet verder met de werkneemster. Daarnaast had de werkneemster op het WhatsApp-bericht gereageerd waardoor ervan kon worden uitgegaan dat ze het had ontvangen. Hij oordeelde als volgt:

“De vordering tot betaling van een vergoeding op grond van het niet nakomen van de aanzegplicht in artikel 7:668 lid 3 BW zal in dit kort geding worden afgewezen. Weliswaar heeft [eiseres] betwist de op 5 maart 2015 gedateerde aanzegging, die per gewone post is verstuurd, te hebben ontvangen, maar in de WhatsApp van Eastern-Asia (…) is te lezen dat Eastern-Asia het dienstverband wilde beëindigen. Daaruit volgt dat Eastern-Asia de arbeidsovereenkomst na 30 april 2015 niet wilde voortzetten. [eiseres] heeft op dat Whatsappbericht gereageerd, zodat ervan kan worden uitgegaan dat het bericht haar heeft bereikt. Daarmee heeft Eastern-Asia naar het voorlopig oordeel van de kantonrechter voldaan aan de bedoelde aanzegverplichting.”

Conclusie
Uit deze uitspraak blijkt dat de aanzegging niet per definitie in een fysiek document hoeft te zijn vastgelegd. Deze uitspraak sluit daarmee naadloos aan bij het feit dat in de huidige samenleving steeds meer gebruik wordt gemaakt van moderne com​municatiemiddelen en social media. Het zet daarmee mogelijk de deur open voor aanzeggingen via bijvoorbeeld SMS, Facebook, LinkedIn en Twitter. Wel raden wij aan om te garanderen dat het bericht is aangekomen, anders is het nog niet rechtsgeldig. lees onze eerdere blog over afspraken die wel of niet rechtsgeldig zijn via Whatsapp en social media.

Conclusie: overeenkomst via Whatsapp is rechtsgeldig en u heeft (nog) privacy. Hoe lang dat gaat duren, weet niemand. Let wel: alles dat u verstuurt, gaat over het internet, en kan in verkeerde handen terecht komen.

Uit bovenstaande blijkt dat ons rechtssysteem ook ten aanzien van WhatsApp dynamisch genoemd mag worden. Overeenkomsten kunnen gewoon via WhatsApp gesloten worden en uit enkele rechterlijke uitspraken is gebleken dat een WhatsApp bericht, in ieder geval in civiele procedures bewijskracht toekomt. Of een WhatsApp bericht eveneens voldoet aan het schriftelijkheidsvereiste moet nog blijken – daar zijn nu nog geen uitspraken over gedaan.

Wilt u ook weten wat uw rechten en plichten zijn?

Advocaat Arthur Hansen heeft veel ervaring met privacyrecht en arbeidsrecht.

Bel voor een afspraak of kom langs in ons pand op de locatie in de Oude Haven / Maasboulevard in Rotterdam.

Wij helpen u verder en zijn goed bereikbaar van 09.00 tot 21.00 uur omdat ondernemen nooit stopt.

CONTACT:

Oudehoofdplein 4, 3011 TM Rotterdam
010 4777755
010 4780909
info@avinci.nl
www.avinci.nl
VOLG ONS:

Twitter Facebook Linkedin

Avinci Advocaten – uw partner in juridische zaken

Bron vermelding: Rijksoverheid.nl, het nieuwearbeidsrecht.nl, Maarten van Gelderen, casus – webwereld, de zaak, wet & recht, nu.nl, Trouw

Horeca, ontslag, whatsapp, sms, recht, werkgever, werknemer,

Bron: rechtblog, Per WhatsApp een tijdelijk contract beëindigen – het mag!

VvE beslist!

In deze uitspraak gaat het gerechtshof in op een veel voorkomende kwestie. De meerderheid in een VvE wil overstappen van VR-ketels naar HR-ketels. Daartoe is de aanleg van nieuwe rookgasafvoeren vereist, terwijl de bestaande afvoeren privé-eigendom zijn van elke appartementseigenaar. Is de VvE bevoegd om eigenaren te dwingen? VVE beslist!

Gerechtshof ‘s-Hertogenbosch 18 augustus 2016, ECLI:NL:GHSHE:2016:3713 – In deze uitspraak gaat het gerechtshof in op een veel voorkomende kwestie. De meerderheid in de VvE wil overstappen van VR-ketels naar HR-ketels. Om HR-ketels te laten functioneren is doorgaans de aanleg van nieuwe rookgasafvoeren vereist. Wanneer de bestaande rookgasafvoeren privé-eigendom zijn van elke appartementseigenaar is het de vraag of die vervanging wel tot de taken en bevoegdheden van de VvE behoort. In de hier behandelde uitspraak is het hof van oordeel dat wel het geval is:

‘Ten aanzien van het (sec) vervangen van het rookgasafvoerkanaal wijst het hof erop dat het aan de VvE is om tijdens de vergadering een besluit te nemen over de vervanging van deze rookgasafvoerkanalen aangezien deze door een gezamenlijke schacht lopen en een eventuele schade aan een rookgasafvoer gevolgen kan hebben voor de andere rookgasafvoerkanalen die eveneens door die schacht lopen en die de afvoer vormen van de zich in de appartementen bevindende cv-ketels. Daarmee is reeds het gezamenlijke belang gegeven.’

Volgens het hof blijkt dat belang in deze kwestie voorts uit het feit dat sprake is van verouderde rookgasafvoeren, hetgeen gevaarzetting (kooolmonoxidevergiftiging) met zich brengt. De noodzaak om alle rookgasafvoerkanalen (al dan niet preventief) op betrekkelijk korte termijn te vervangen, alsmede om deze vervanging centraal te regelen, is daarmee volgens het hof in voldoende mate gegeven.

Voor VvE’s met individuele VR-ketels en individuele rookgasafvoeren kan dit een interessante uitspraak zijn. Vaak wordt tegen het voornemen om tot collectieve vervanging over te gaan opgeworpen, dat de eigenaren als gevolg daarvan gehouden zijn hun eigen – op zich nog goed functionerende – VR-ketel te vervangen voor een HR-ketel. Juridisch kan het bezwaar onderbouwd worden onder verwijzing naar het splitsingsreglement. Bij MR 2006 blijkt uit artikel 15 dat de VvE het beheer voert over de gemeenschappelijke gedeelten en zaken. Uit artikel 9 blijkt welke zaken gemeenschappelijk zijn. Verder regelt artikel 38 de besluitvorming daaromtrent door de vergadering. In oudere reglementen zijn vergelijkbare bepalingen opgenomen. Wanneer rookgasafvoeren op grond van die bepalingen niet gemeenschappelijk zin, zou strikte toepassing van het reglement ertoe leiden dat de VvE terzake onbevoegd is. Echter, artikel 5:112 lid 1 sub e BW bepaalt, dat de VvE ten doel heeft de behartiging van de gezamenlijke belangen van de eigenaars. Verder schrijft artikel 5:108 BW voor dat appartementseigenaars jegens elkander verplicht zijn het gebouw in stand te houden. Als laatste kan erop worden gewezen, dat onderlinge rechtsverhouding tussen de appartementseigenaars wordt beheerst door de redelijkheid en billijkheid. In deze uitspraak laat het hof een kenbaar belang van de gemeenschap prevaleren boven een individueel belang. Daarbij moet vermeld worden, dat de vervanging sec niet ter discussie is gesteld door de betreffende eigenaar. Of de VvE bevoegd was het besluit te nemen is in zoverre een overweging te overvloede in deze kwestie.

Toch wordt in uitspraak vastgesteld dat het belang van de VvE bij het (al dan niet preventief) vervangen van de rookgasafvoeren voor de installaties van HR-ketels gegeven kan zijn. Daarbij speelt een rol dat de VvE haar belang onderbouwd heeft aan de hand van een deskundigenrapport. In algemene zin zou verder van de VvE mogen worden verwacht, dat desverzocht de mogelijkheid wordt onderzocht om de afvoerleidingen zodanig aan te passen dat beide type ketels mogelijk blijven. Vervanging van een VR-ketel zou daardoor mogelijk voorkomen kunnen worden voor degenen die dat niet wensen. Uit de rapportage zal moeten blijken of een degelijke tussenoplossing technisch haalbaar is en wat de eventuele meerkosten daarvan zijn.

Indien de VvE het besluit tot vervanging neemt, is elke eigenaar gehouden aan de uitvoering daarvan mee te werken en toegang tot diens privé gedeelten te verschaffen, zie onder meer artikel 18 lid 4 MR 2006. Daarop zag de vervangende machtiging in casu. In hoger beroep is die alsnog verleend, nadat de VvE een nader plan van aanpak presenteerde waaruit blijkt hoe de verwachte stofoverlast beperkt wordt.

Een interessante vraag die hier overigens niet aan de orde is, is de vraag of de minderheid in de VvE, die wil overstappen naar HR-ketels ook van de VvE zou kunnen afdwingen, dat de rookgasafvoeren vervangen worden. Mijns inziens zou dat slechts het geval kunnen zijn indien de bestaande situatie leidt tot gevaarzetting. De enkele overweging, dat overstappen naar een HR-ketel op termijn een economisch verantwoorde investering is, is mijns inziens onvoldoende om een vervangende machtiging te vragen indien de meerderheid van de vergadering die investering niet wenst te doen. Daarbij speelt een rol, dat voor zover bekend ook geen voorschriften van overheidswege eigenaren met een VR-ketel actief dwingen tot vervanging daarvan.

Avinci is gespecialiseerd in Vastgoed en (bedrijfs)huisvesting.

Iedere ondernemer heeft onroerend goed, zoals bijvoorbeeld zijn bedrijfshuisvesting en zijn privé-woning. U huurt het of u bent de eigenaar ervan. Dan wel bent u voornemens tot huur of aankoop over te gaan.

Hierbij schakelt u uw Bedrijfsadvocaat van Avinci Advocaten in. Hij heeft ervaring in het bewaken van uw belangen en kan u adviseren en begeleiden bij deze trajecten en de nodige juridische ondersteuning bieden. En als het nodig is dan procederen we bij de gerezen problemen over de koop, verkoop en verhuur van vastgoed.

We adviseren ook over uw rechtspositie ten opzichte van uw huurders. Huurrecht is voor veel beleggers en investerende ondernemers een belangrijke bron van inkomsten, het behalen van een optimale rechtspositie is dan ook geen overbodige luxe.

Het huurrecht kent vele opties en het is zaak om maatwerk van uw huurcontracten te maken zodat u maximaal rendement kunt genereren van uw vastgoed. Wanbetalende huurders, of het nu bedrijven of particulieren zijn, dienen te worden aangepakt. U hebt als verhuurder belang bij tijdige betaling van de huurpenningen. Maar ook dient de huurder het gehuurde in goede staat te onderhouden, hij moet als ‘goed huisvader’ handelen met het gehuurde. Niet iedere huurder ziet deze verplichtingen en handelt daarnaar. In dergelijke gevallen wenst u te kunnen ingrijpen. Uw Bedrijfsadvocaat van Avinci Advocaten helpt u hierbij.

Bron: Vverecht.nl VvE beslist!